Waarom je hulpverlener soms ook gewoon even wil gillen

(maar dat dus niet doet)

Persoonlijke Ontwikkeling & Mindset Relaties & Liefde Self-love & Me-time
2148860308

Oké, stel je voor: je zit met je partner bij een therapeut of relatiecoach. Jij probeert uit te leggen waarom het nou écht heel irritant is dat er altijd sokken op de vloer slingeren. Je partner rolt met z’n ogen. De coach glimlacht begripvol, knikt, stelt een verdiepende vraag. Heel zen. Maar wist je dat diezelfde coach soms van binnen misschien ook even “AAAARGH!” denkt?

Dat blijkt dus uit een nieuw onderzoek, gepubliceerd in het vakblad Family Process (Halstead et al., 2024).

Wat hebben ze onderzocht?

Nou, hoe belangrijk die klik met je coach of therapeut eigenlijk is, vooral in gezinstherapie. Spoiler: die klik is echt mega belangrijk. Zit het niet lekker tussen jou en de coach? Dan kun je lullen als Brugman, maar de kans dat jullie vooruitkomen, is gewoon minder groot.

Een goede klik werkt als smeerolie

Uit het onderzoek blijkt dat die zogenaamde “therapeutische alliantie” (ja, dat klinkt heel gewichtig) de sleutel is. Het betekent gewoon: voel je je op je gemak bij degene die je helpt? Voel je je gehoord, serieus genomen, maar ook een beetje uitgedaagd? Dan zit je goed. En juist in gezinstherapie is die band nóg belangrijker dan bij individuele therapie. Logisch eigenlijk. Want als je al met z’n allen in de knoop zit, wil je niet ook nog eens een coach hebben die voelt als een strenge schooljuf.

"Therapeuten zijn ook maar mensen"

Wat ik ook hilarisch (en stiekem heel herkenbaar) vond: therapeuten zijn óók maar mensen. Soms zitten ze daar en voelen ze van alles. Irritatie, verveling, misschien een lichte neiging om iemand even liefdevol door elkaar te schudden. Maar… ze laten het niet merken. Gelukkig maar. Hun geheim? Emotieregulatie. Dus niet op de tafel slaan als iemand voor de vijfde keer zegt “ja maar, ZIJ begint altijd!” maar op een kalme wijze een nieuwe verkennende vraag stellen.

Emotieregulatie

Therapeuten en coaches lijken soms net boeddhistische monniken met een clipboard, maar in werkelijkheid is het brein daarbinnen ook gewoon druk bezig met niet uitbarsten in sarcasme of frustratie. Dat proces heet dus emotieregulatie — het vermogen om je emoties te herkennen, begrijpen én op een handige manier te uiten (of even in te slikken, voor het grotere goed).

Ook jij als partner, ouder, collega, mens-met-gevoelens hebt er wat aan. Bijvoorbeeld als je:

  • Niet meteen in de verdediging schiet als je partner zegt dat je “nooit luistert” (au… maar herkenbaar)
  • Je tong weet in te slikken als je peuter voor de derde keer vandaag een banaan op de muur smeert
  • Kalm blijft als je ongevraagd opvoedtips krijgt waar je niet op zit te wachten
  • Niet met de ogen rolt als je partner zegt: “Het is maar een sok…”

Wetenschappers koppelen goede emotieregulatie aan betere relaties, minder stress, en – jawel – meer levensgeluk. En dat is dus niet iets wat alleen coaches mogen oefenen. Het is een spier die je zelf kunt trainen. Ik zal hier later wel een uitgebreidere blogs over schrijven.

Voor nu sluit dit naadloos aan bij hoe ik werk als Coach op Sneakers. Ik geloof heilig in die klik. Ik ben niet de coach die in een mantelpakje streng tegenover je zit. We doen het samen, op een luchtige en eerlijke manier. Voel je je op je gemak? Top, dan gaan we meters maken.
En die emotieregulatie? Die probeer ik ook hoor. Maar hé, ik ben ook maar een mens. Soms moet ik ook even tot tien tellen als je voor de tiende keer zegt “ik weet het niet…”.

Dus: voel je die sokkenstrijd opkomen? Of zit je vast in die eeuwige discussie over wie de vaatwasser verkeerd inruimt?

Kom eens praten. Dan kijken we samen hoe we die communicatie weer soepel krijgen. Mét humor, zonder oordeel. En ik beloof: ik hou m’n gezicht in de plooi, ook al denk ik van binnen misschien héél even “Nou jongens, serieus?”

Met liefs
  • “Je hoeft niet zen te zijn, alleen iets minder explosief.”
Artikel delen: